8/ Beschouwingen bij "De psychologie van het Totalitarisme" van Mattias Desmet
Deel 2 - Massavorming en totalitarisme - hoofdstuk 7: De menners van de massa.
Inleiding van De Psychologie van het totalitarisme
Deel 1: Wetenschap en haar psychologische effecten:
hoofdstuk 1 Wetenschap en ideologie
hoofdstuk 2 Wetenschap en haar praktische toepassingen
hoofdstuk 3 De kunstmatige maatschappij
hoofdstuk 4 Het onmeetbare universum
hoofdstuk 5 Het verlangen naar een meester
Deel 2: Massavorming en totalitarisme:
hoofdstuk 6 De opkomst van de massa
hoofdstuk 7 De menners van de massa
hoofdstuk 8 Complot en ideologie
Deel 3: Voorbij het mechanistisch wereldbeeld:
hoofdstuk 9 Het dode versus het levende universum
hoofdstuk 10 Materie en geest
hoofdstuk 11 Wetenschap en waarheid
Alles in 1 e-book: https://bit.ly/3UwedUJ
hoofdstuk 7: De menners van de massa
In het vorige hoofdstuk werd het fenomeen van de massavorming besproken door Desmet. Als psychologische basis van deze totaliserende massavorming wijst hij naar hypnose. Als belangrijkste verschil tussen de klassieke hypnose en massavorming wijst hij naar het gegeven dat bij hypnose “enkel het bewustzijnsveld van de gehypnotiseerde vernauwd (is); degene die het hypnotiserende verhaal uitspreekt (de hypnotiseur) is ‘wakker’. Bij massavorming is gewoonlijk ook degene die het verhaal articuleert mentaal in de greep van het verhaal. Meer zelfs: het aandachtsveld van de menner is meestal nog meer vernauwd dan dat van de massa. De reden is duidelijk: degene die de massa leidt, gelooft meestal fanatiek in de ideologische basis van het verhaal dat de massa beheerst.” Le Bon schrijft ook nog dat de idee de menner overspoeld heeft tot op het punt dat hij er volledig in verdwijnt en dat alles wat buiten deze idee valt onthaald wordt als fout en bijgeloof. We menen deze dynamiek ook bij Desmet waar te nemen. Tijdens zijn vele lezingen die we online kunnen bekijken zien we hem eigenlijk steeds dezelfde dingen vertellen, met dezelfde tot vervelens toe herhaalde voorbeelden, zonder kritische noten. Wanneer mensen zijn werk bekritiseren ervaart hij dit schijnbaar vooral als incorrect of ongepast (onduidelijk hetwerlk) en een aanval op hemzelf.
Wie er dan nog een menner is, is niet meer duidelijk: is het de massa,n is het de menner, ment de massa de menner, ment de menner de massa, wie hypnotiseert wie? In een bespreking door collega-psycholoog Thierry Simonelli lezen we het volgende hierover:
“Net zoals er hypnose moet zijn zonder hypnotiseur, moet er ook controle zijn zonder stuurman, en manipulatie zonder manipulator. Het is dan niet meer duidelijk wanneer en of manipulatie altijd voortkomt uit hypnose, of dat hypnose altijd voortkomt uit manipulatie. Wat voor Desmet belangrijk blijft, is het onpersoonlijke element. Moeten we dan ook concluderen dat totalitarisme niet alleen in essentie een psychologisch verschijnsel is, maar als zodanig ook door niemand gepland en actief gerealiseerd is? Ook hier vindt men beide antwoorden. Massa’s worden nooit gehypnotiseerd door machtselites, omdat die zelf gehypnotiseerd zijn. Deze laatsten worden echter minder gehypnotiseerd door de vier maatschappelijke omstandigheden dan door hun eigen ideologieën.(4) Zo wordt dan toch verondersteld dat er een klein aantal mensen is – de Holocaust werd volgens Desmet gepland en gerealiseerd door “een vijftal mensen” – die de blinde massa hypnotisch aansturen. Zelfs afgezien van de historische onzin die Desmet met dergelijke beweringen uitkraamt, lijkt het steeds moeilijker om de weg te vinden uit het labyrint van eindeloze logische en wetenschappelijke tegenstrijdigheden en inconsistenties.” (https://scepticus.nl/de-gehypnotiseerde-massa-een-bespreking-van-mattias-desmet-the-psychology-of-totalitarianism/)
We merken dus dat beide tegengestelde ideeën aanwezig zijn: de menners sturen de massa (zie verder), maar de menners sturen de massa niet want ze zijn zelf gehypnotiseerd door de idee die de massa in de ban houdt en gelover er zelf meer in. Op die manier is het natuurlijk makkelijk je te verdedigen tegen kritiek: door beide stellingen op te nemen heeft men steeds gelijk.
Ten aanzien van de menners van de massa ontstaan dan 2 tegengestelde psychische houdingen, stelt Desmet: ofwel blind vertrouwen waardoor men hem volgt, ofwel compleet wantrouwen waardoor men meent dat er een complot zou spelen. Beide tegengestelde houdingen zouden berusten op hetzelfde misverstand: namelijk het foutief toeschrijven van een absoluut weten en macht aan de menner. De menner van de massa zou niet gedreven zijn door een lust tot geld, of ook niet door klassiek criminele intenties. Het kwade zou banaal van aard zijn, volgens Arendt, wat wil zeggen dat het kwade niet ligt in echt kwade intenties, maar in een ongeremd implementeren van een goede bedoeling door goed bedoelende mensen, gedreven door een ideologisch ideaal en logica, die geleidelijk door totalitaire partijen en leiders geïnstitutionaliseerd worden en opgelegd aan de maatschappij. De gedrevenheid om ‘ijskoud te redeneren’ (Hitler) en ‘genadeloze dialectiek’ (Stalin) waarbij de realiteit aangepast wordt aan ideologische fictie leidt tot een mentale en emotionele blindheid die verbluffende proporties aanneemt. Hierbij verwijst Desmet naar de Joodse Raden die volgens de blinde blik van Eichmann meewerkten aan de deportatie van Joden, daarbij dezelfde blindheid als die van Eichmann overnemend.
“Grotere tegenwerking en meer zand in de organisatorische molen in plaats van collaboratie hadden misschien veel levens kunnen redden. Anderzijds wordt gesteld dat het geen zin zou hebben gehad als Asscher, Cohen of enige andere betrokkene geweigerd had om in de Joodse Raad zitting te nemen. De ervaring met de joodse raden in Polen en Rusland heeft bewezen dat het niet accepteren van de opdracht, vluchten of zelfmoord plegen door voorzitters en leden geen verandering in de situatie bracht; er werden door de Duitsers altijd en meteen (gedwongen) plaatsvervangers gevonden. Ook hebben zij voorzitters van joodse raden en leden die niet serviel genoeg waren, constant gewisseld. Het is dus maar de vraag of andere voorzitters (of leden) het beter zouden hebben gedaan.”
( https://nl.wikipedia.org/wiki/Joodse_Raad_voor_Amsterdam / Hans Knoop, De Joodsche Raad: het drama van Abraham Asscher en David Cohen. Amsterdam/Brussel: Elsevier, 1983)
Eigenlijk doet Desmet, samen met Eichmann aan victim-blaming. Het waren volgens hem de Joodse Raden zelf die voor de deportatie zorgden, hierbij aangestuurd door het Duitse Herren-Volk dat niet al te veel drama en ontluisterend verzet wenste, dit zou namelijk de ‘goede intenties’ van hun streven bevlekken. Er was wel wat verzet, meent Desmet, “maar de mate waarin de slachtoffers zich op een aantal punten schikten in de plannen van de nazi-beulen mag vanuit psychologisch perspectief niet worden genegeerd - blijkbaar was een groot deel van hen verblind door massavorming.” Dat er ook angst in het spel was, quasi aangeleerde hulpeloosheid, die leidde tot conformeren om low-profile te blijven is geen idee die onmiddellijk opkomt bij Desmet, ze ‘deden het gewoon zelf’... Tegelijk verklaart dit mogelijk waarom zijn boek heel populair is bij lezers uit het rechtse veld. Wat de kwestie van victim-blaming en het buiten het gezichtsveld plaatsen van een kwaadwillige macht betreft, is het interessant volgende artikels van de Amerikaanse psychiater Peter Breggin en Ginger Breggin te lezen:
- https://www.americaoutloud.com/mattias-desmet-demoralizes-the-freedom-movement-mass-hypnosis-expert-or-trojan-horse/ ,
- https://www.americaoutloud.com/mattias-desmet-diagnoses-researchers-as-mentally-disturbed-mass-hypnosis-expert-or-trojan-horse/,
- https://www.americaoutloud.com/mattias-desmet-blames-the-victims-and-absolves-the-perpetrators-mass-hypnosis-expert-or-trojan-horse/
We leren over de circulaire causaliteit waarbij de totalitaire leider en de massa elkaar hypnotiseren. De leider zou zelf niet alles geloven wat hij vertelt, “hij gelooft blindelings in de ideologie die hij probeert op te dringen, maar niet in het discours dat hij hanteert om die ideologie te promoten.” Evenzo kan men zich de vraag stellen of Desmet zelf gelooft in zijn ideologie, en evenzeer twijfels heeft bij zijn discours en meent dat hij logical fallacies en schaalvergrotingen mag gebruiken om zijn narratief te verkopen.
Wat volgt is een poging om enkele kenmerken uit het nazisme en stalinisme uit te lichten en te vergelijken met de voorbije corona-maatregelen, teneinde aan te tonen dat deze coronamaatregelen (quasi) totalitair waren.
“De essentie van totalitarisme is niet utilaristisch of gericht op egoïstisch voordeel. (…) Het ultieme doel is het realiseren van een ideologische fictie (p. 153) Wat de menners van de massa kenmerkt (…) is hun morbide ideologische gedrevenheid: de realiteit moet en zal aangepast worden aan de ideologische fictie. (p 147) “Iets gelijkaardigs zien we gebeuren tijdens de coronacrisis, waar in een bepaald segment van de bevolking de overtuiging groeit dat de feiten rechtvaardigen om mensen die zich niet willen laten vaccineren sociaal te discrimineren. De cijfers tonen toch dat zij het virus verspreiden, nietwaar?” (p. 147)
Zo kan men aanduiden dat de enige “discriminerende maatregel” de invoering van het “Covid Safe Ticket” was, gekoppeld aan de gedemoniseerde QR-code. Maar een morbide intentie een onmenselijk mechanistische ideologische idee door te drukken kunnen we hier niet vermoeden, de intentie was namelijk het reduceren van het aantal zieken en doden. Verplichte vaccinatie was iets waarvan ik als gevaccineerde geen voorstander van was, noch van de QR-code, al was dat laatste wel te begrijpen in het licht van het zoeken naar een methode om de transmissie van het virus te beperken. Men heeft zich om de invoering hiervan te verantwoorden gebaseerd op het feit - en niet de wettenschappelijke fictie - dat de overdracht van het virus het sterkste was van ongevaccineerde naar ongevaccineerde. Voor juli en voor augustus 2021 is gekeken wie de bron en wie de ontvanger was van besmettingen. Grootste aantal besmettingen was in het kwadrant "ongevaccineerde naar ongevaccineerde". De drie andere kwadranten hadden als bron of ontvanger of beide een gevaccineerde, wat veel minder vaak voorkwam.
Het anti-utilaristische karakter blijkt ook uit de onverschrokkenheid waarmee totalitaire regimes hun eigen economie kapot maken. (p. 153)
Eerst illustreert hij het niet-utilitaristische doel van het totalitarisme, het doel is niet geld of macht op zich, doch eerder het realiseren van een ideologische fictie waarvoor de totalitaire leider zijn eigen belangen blindelings opoffert, wat een bewijs is / zou zijn voor het gegeven dat de menner ook gemend wordt door zijn ideologie, hierbij verwijzend naar Le Bon. Dit blindelings opofferen wordt geïllustreerd door middel van de arbeidskampen die nauwelijks zelfbedruipend waren, ze waren eerder experimentele ruimtes waar de elite kon oefenen in het onderwerpen van een bevolking aan hun ideologie. “Experimenteren op mensen is de prototypische activiteit van totalitarisme, het is de ultieme onderwerping van de realiteit aan de pseudowetenschappelijke, ideologische fictie”.
Enkele opmerkingen over de passage: de link naar de corona-pandemie wordt hier niet geëxpliciteerd, hoewel er duidelijk wel een ‘hondenfluitje’ (een key-word dat bij bepaalde volgelingen de oren doet spitsen maar niet direct oppositie oproept) aanwezig is: ‘experimenteren’, en eventueel nog een tweede hondenfluitje: blindelings / onderwerpen. Dit zijn memen die frequent circuleren in de gemeenschap der corona- en vaccin-sceptici. Er wordt hier opvallend net géén link gelegd naar de negatieve impact van de corona-pandemie op de economie, hoewel de verwijzing naar het niet- tot anti-utilitaire karakter van het totalitarisme met economische schade als gevolg, impliciet laat uitschijnen dat de schade op de economie een (al dan niet onbedoeld) effect is van de corona-maatregelen op zich (die het totalitaire regime graag zou installeren, zoals Desmet toch te verstaan geeft, teneinde mensen te onderwerpen en er op te experimenteren om een ideologische fictie te creëren) in plaat van het virus zelf.
Een totalitaire leider heeft een “merkwaardige principeloosheid en een afkeer van wetten. Hij reageert bijvoorbeeld typisch per decreet, dat wil zeggen op basis van tijdelijke regels die hij naar willekeur kan aanpassen. (…) Dit is het risico dat we trouwens ook lopen met de pandemiewet, dat het een wet wordt die alle wetten en rechten afschaft. Tijdens een pandemie geen recht op betogen, geen noodzaak meer voor de regering om haar acties door het parlement te laten goedkeuren, geen noodzaak meer om privé-eigendom te respecteren, enzovoort. (…) In combinatie met het gegeven dat men met de testpraktijk toelaat om de pandemische noodsituatie op quasi elk moment uit te roepen, hoeft hetgeen betoog aan welk risico de maatschappij blootgesteld is.” (p. 154)
Het hondenfluitje hier is ‘testpraktijk’, verwijzend naar de arbeidskamp-experimenten. Een echte rebelse betoging hoeft geen ‘recht op betogen’, maar wordt sui generis spontaan geboren uit onrecht, dus als de meerderheid het aanvoelt als onrecht, en niet de minderheid, dan zal deze zich ondanks de pandemie-maatregelen verzetten tegen de pandemiewet, in geval deze langer van kracht zou zijn dan volgens de wet zelf toegelaten zou zijn. Overdramatisering dus, alsof men zomaar willekeurig, zonder al te veel gedoe ‘tijdelijke’ pandemiewetten kan blijven uitvaardigen zonder goedkeuring van het parlement in het geval dat er nergens zieken of doden zouden zijn?
Een obsessie met tekens: Met zijn tekensysteem probeert het totalitarisme zijn logica in het reële vast te griffen, aan de objecten vast te klinken. Het geven van tekens en stigma’s is daarbij gewoonlijk de eerste stap van het vernietigingsproces. (blz 155)
Als illustratie de getatoeëerde nummers in Auschwitz. Is het tekensysteem een verborgen hondenfluitje dat de qr-code-skeptici wakkerfluit? Toch opvallend dat hij hier de overduidelijke link met de allusies die vele van zijn volgers maken (jodenster, ontmenselijking) net niet vernoemt.
Totalitarisme is een poging om de meerduidigheid van de menselijke taal te reduceren tot de eenduidigheid van een tekensysteem. (…) door symbolen tot tekens te proberen reduceren en de variëteit van culturele uitdrukkingsvormen te vernietigen. Totalitarisme veegt op alle mogelijke manieren die verscheidenheid weg. ( p 155 – 156)
Uniformisering, reductie van variëteit, vernietiging van de verscheidenheid van individuen, … Eerder van toepassing op het nazisme, naar hij schrijft, dan op het stalinisme… We horen het hondenfluitje hier nog steeds nafluiten in de oren… de reductie van onze wezenlijke subjectiviteit door ons te reduceren tot QR-codes, waardoor we makkelijker het menselijk omgaan met elkaar zouden verliezen… Vraag is, zoals in de bespreking van hoofdstuk 6 uitgewerkt, of deze reductie het doel was van de corona-maatregelen, of een onbedoeld psychologisch neven-effect dat eventueel zou kunnen gebruikt worden ter ‘totalisering’ maar uiteindelijk enkel tijdelijk gebruikt teneinde de transmissie te reduceren, in plaats van de mensen zelf. Vervolgens trekt Desmet nog eens enkele malen stevig aan de blaasbalg van zijn smidse (verwijzing naar ‘smid’, cfr https://www.liberales.be/teksten/2022/9/29/mattias-desmet-messias-tegen-de-wetenschap-en-evangelist-voor-extreemrechts), wanneer hij schrijft: “Het gesystematiseerd en geïndustrialiseerd transporteren uitbuiten en uitmoorden van bevolkingsgroepen in de werk- en vernietigingskampen zijn historische voorbeelden die op ons netvlies gebrand staan.” (p 155 – 156). Het is nuttig hierbij even terug te denken aan deze quote van Desmet: “these propagandafilms were sometimes quite successful and it was because – I think because I I I I – first – they first presented some frightening images of totalitarian states and then started to provide rational argumentations euh whey the corona measures were actually – euh – were not – euh – were up to no good or were not good at all for society. Stuff like that.” (zie: Vanhoorne, 2022, https://www.liberales.be/teksten/2022/9/29/mattias-desmet-messias-tegen-de-wetenschap-en-evangelist-voor-extreemrechts) Op deze manier, door beelden te bieden van uitbuiten en moorden, ‘frightening images of totalitarian states’ dus, kan hij het volgende doen: “So what you can do is… You can make people even more scared of a new object of anxiety, for example the risk of a totalitarian state, and than the temperature in the psychological system will increase again and the 2 pieces of metal will – euh – separate and then, if you provide them a new object of anxiety, you might be able to connect the anxiety to this new object of anxiety. And than it makes sense, then you can start to provide – euh – euh – rational argumentations.” (zie ook bespreking hoofdstuk 6). Na de “beelden” die hij tijdens zijn spreken op lezingen oproept, kan hij vervolgens “rationele argumenten” aanreiken, in de vorm van een boek dat men kan kopen. En intussen raakt iedereen gewekt door die hondenfluitjes in de tekst wanneer er net niet expliciet verwezen wordt naar de coronacrisis, mee op pad het rattenvangerslied achterna.
De logica van een totalitair systeem is voortdurend in beweging en wordt typisch absurder en absurder. De bestaansreden van een totalitair systeem is onder andere dat het angst kanaliseert en daarom moet het ook steeds nieuwe objecten van angst aanduiden. ( p 156) “Zonder angst en het vooruitzicht op het bevredigen van de agressie valt de massadynamiek stil. De leiders van de massa beseffen dat als dit gebeurt, de massa zal ontwaken (….). Bijgevolg hebben de leider geen andere keuze dan altijd maar weer nieuwe objecten van angst aan te duiden en nieuwe maatregelen te introduceren om dat object te vernietigen.” (p 159)
We krijgen via een hondenfluitje een indirecte vergelijking met de corona-maatregelen: “Zowel het nazisme als het stalinisme herstructureerden zich voortdurend. (…) De richtlijnen en decreten veranderen voortdurend, er zijn altijd maar nieuwe reacties op nieuwe bedreigingen nodig. Denk aan de varkens op Animal Farm die ’s nachts nieuwe regels op de muur kalkten.” (p157) Hier zit het zo met het hondenfluitje: er is hier geen directe link met corona, maar “het kalken van nieuwe regels door varkens” is een echo naar zijn inleiding (p 13) waarin hij de virologen-experts met de varkens van Orwell vergeleek omdat de regels vaak veranderden (terwijl hij er niet bij zegt dat dat ook vaak in functie van versoepelen van specifieker wordende groepen, of het openstellen van het cultuur-aanbod en het horeca-leven eens men de maatschappij voorzichtig begon te heropenen. Het was dus zeker geen domme willekeur. Men kan zich ook vragen stellen bij de volgende passage: “Zeker tijdens de coronacrisis zie je het steeds weer naar voren schuiven van nieuwe bedreigingen en de noodzaak tot nieuwe acties (zie de eindeloze reeks varianten van het virus die altijd maar nieuwe maatregelen noodzakelijk maken).” (p157). Wil Desmet dus zeggen dat hij de verschillende varianten van een virus ziet als nieuwe objecten van angst die worden ‘uitgevonden’ en aangeduid? Wat we anderzijds wel zien, is dat Desmet op zijn eigen facebook-pagina de angst bij de mensen wel erg levendig houdt.
De angst voor QR-codes bijvoorbeeld: er verscheen een artikel in de kranten over de intentie enkel nog voedingsproducten met een QR-code toe te laten in de winkelrekken. In plaat van te linken naar om het even welk artikel erover, neemt Desmet een screenshot van het artikel met de meest ongelukkig geformuleerde titel die hij kon vinden tussen de vele geartikelsdie aak genuanceerdere titels hadden (“Enkel toegang tot winkelrekken met QR-code”) zonder de link te voorzien waardoor de mensen dan op die manier tenminste nog zouden kunnen te weten komen zijn dat het ging over de voedingsproducten en niet de mensen zelf. Pure manipulatie waarbij hij een nieuw object van angst aanlevert. Vervolgens zijn er posts over de apenpokken, de suggestie dat men ons bang gaat blijven maken, iets over de prik-hysterie op een festival wat hij onmiddellijk duidt als “massavorming”, verwijzingen naar de toenemende censuur die ons bang zou moeten maken terwijl er uiteindelijk niet veel gecensureerd wordt (Desmet krijgt echter niet genoeg airplay op serieuze fora, wat door de mensen dan opgesolferd wordt als censuur, waardoor zij zich direct ook gecensureerd voelen in hun mening, wat de angst voor een totalitaire samenleving weer vergroot. Dat hij geen airplay krijgt ligt echter aan het feit dat hij aan science by media doet in plaats van science by academia). Of dat we duidelijk gemanipuleerd worden door de media, want toen Djockovic won op Wimbledon, bleek hij daar geen enkel nieuwsbericht over te kunnen vinden, wat meer zegt over zijn zoekgedrag en de wijze waarop hij verdwaald is geraakt in de algoritmes van zijn digitale konijnenpijn dan wat anders (kort nadat hij verklaarde zijn laatste abonnement op “mainstream-media”iogezegd te hebben) , maar intussen werd de angst voor de manipulatie nog eens opgedreven bij zijn volgers. “En dat in tijden waarin mensen intussen zo bang zijn om te worden gemanipuleerd dat ze zich laten manipuleren door manipulators die doen alsof ze waarschuwen voor manipulators.” (Vanhoorne, 2022, Terra Futura: netwerk van verb(l)inding, https://www.dewereldmorgen.be/artikel/2022/10/14/terra-futura-netwerk-van-verblinding/) Men kan zich serieus de vraag stellen of Desmet een “experiment” (zie puntje 2 hogerop) aan het uitvoeren is op zijn groep volgers…
Verder: “Eerst werden de lockdowns gerechtvaardigd door het flatten the curve-principe. Het virus zou zich sowieso verspreiden, het kwam er enkel op aan de verspreiding te vertragen. Dan ging men over op een crush te curve-principe: het kwam er plots niet meer op aan om de besmetting te vertragen maar wel om het aantal besmettingen naar nul te brengen, iets wat men aanvankelijk als onmogelijk had bestempeld. En als de besmettingen zo goed als verdwenen waren, begon met steeds meer maatregelen te nemen om ze te voorkomen.” (p 157)
Voor zover begrepen was het doel van “flatten the curve” steeds de hoeveelheid infecties in de tijd te “spreiden” zodat de het aantal ziekenhuisopnames onder een bepaalde drempel blijft en de gezondheidszorg niet overbelast wordt, (https://en.wikipedia.org/wiki/Flattening_the_curve). Het doel was niet het aantal besmettingen op nul te krijgen.
Op den duur veranderden de regels zo snel dat niemand ze nog scheen te kennen en men meer en meer passief aanvaardde dat men voortaan voor van alles en nog wat een boete kon krijgen zonder dat er echt een wet was die je tegen deze willekeur kon beschermen. (p 157)
Zoveel willekeur was het niet, het ging nog steeds om wetten die gestemd werden. De snelheid waarmee nieuwe decreten kwamen was zeker onaangenaam, en van sommige kon men zich afvragen wat het nu was, maar valt dit niet te beschouwen als een gevolg van voortschrijdend inzicht… en werden deze niet afgebouwd na de introductie van de vaccins?
=> Desmet heeft hier dus op geen enkele manier kunnen aantonen dat het Coronabeleid een totalitaristisch beleid zou zijn dat op het niveau staat van het nazisme of het stalinisme, zelfs niet ‘ernaartoe tenderen’, maar besluit na enig suggereerwerk met hondenfluitjes wel – na het oproepen van beelden van deportaties-;
“Onderschat niet waar dit in de toekomst heen kan gaan (…) Het idee (…) omtrent het onderbrengen van besmette individuen in isolatie in isolatiecentra, wordt nu nog als onrealistisch en disproportioneel beschouwd, maar binnen een eng virologisch verhaal is dat wel degelijk een logische volgende stap. (…) In combinatie met de manipuleerbaarheid van coronatests en een feodale herverdeling van de macht (burgemeesters en gouverneurs worden door de impasse van de nationale politiek met een ongeziene macht bedacht), zie je wat er aan de horizon verschijnt: naar willekeur oppakken, isoleren en ‘behandelen’ van ‘besmette” mensen. Maatschappelijke systemen die naar het totalitaire toe tenderen leiden allemaal tot ongeveer dezelfde fenomenen, hoe verschillende hun verhalen ook mogen zijn op inhoudelijk vlak.”
Benieuwd of Desmet al ‘wakker’ geworden is en eens rond zich heeft gekeken buitenshuis, of zelf vast zit in zijn eigen ideologische hypnose?
Besluit hoofdstuk 7
Met behulp van vele hondenfluitjes en impliciete suggesties tracht Desmet aan te tonen dat we tijdens de corona-maatregelen onder een totalitaire samenleving leefden, maar slaagt hier niet in. We leren ook dat de menners van de massa zelf “gehypnotiseerd” zijn door hun eigen ideologie (en dus niet echt schuld treffen?), net als de slachtoffers, die blijkbaar hun eigen vernietiging mee hielpen organiseren. Een goed excuus achteraf…
Aanvullend kunnen we bemerken dat een blik op de retorische truuks in het boek van Desmet en op Desmets Facebookpagina volstaan om te zien dat deze omschrijvingen van de kenmerken van de (oprijzende) totalitaire staat veeleer van toepassing lijkt op Desmet en zijn zwerm volgers dan op de beleidsvoerders en de wetenschappers die de coronacrisis zo goed als mogelijk trachtten te managen, met het doel zoveel mogelijk mensen de pandemie te laten overleven.